De behandeling van het Syndroom van Asperger bestaat uit sessies van psychotherapie 1 tot 2 keer per week, met als doel de patiënt te leren omgaan met de anderen, het isolement vermijdend.
De behandeling moet beginnen kort na de diagnose, die gewoonlijk tussen 4 en 14 jaar oud is, hoewel sommige gevallen later in de volwassenheid worden geïdentificeerd.
Patiënten met het Asperger-syndroom zijn meestal intelligent, maar hebben een zeer logisch en emotieloos denken, en hebben dus veel moeite met anderen, maar bij het opbouwen van een vertrouwensrelatie met het kind kan de therapeut discussiëren en begrijpen de reden voor een aantal "vreemde" gedragingen die helpen bij het identificeren van de meest geschikte strategie voor elk geval.
Het belang van het gezin bij de behandeling van het Asperger-syndroom
Het gezin moet weten welke strategie de therapeut gebruikt om het gedrag van het kind vorm te geven om de behandeling thuis aan te vullen. Daarom kunnen ouders na elke psychotherapeutische sessie de psycholoog om raad vragen over hoe te handelen en hoe het kind in bepaalde situaties kan worden gecorrigeerd.
Wat te doen om het kind te helpen met het Asperger-syndroom
Enkele voorbeelden van wat ouders en leraren kunnen doen om het kind of de adolescent met het Asperger-syndroom te helpen zijn:
- Geef het kind eenvoudige, korte en duidelijke bevelen. Bijvoorbeeld: "Houd de puzzel in de doos nadat je speelt" en niet: "Bewaar je speelgoed nadat je speelt";
- Vraag het kind waarom ze acteren op het moment van actie;
- Leg duidelijk en rustig uit dat de 'vreemde' houding, zoals een slecht woord spreken of iets naar iemand anders gooien, onaangenaam of onaanvaardbaar is voor anderen, zodat het kind de fout niet herhaalt;
- Vermijd het kind te beoordelen op het gedrag dat hij heeft, vermijd hem bijvoorbeeld ongemanierd of stom te noemen.
Daarnaast kan de therapeut antidepressiva voorschrijven, zoals Nortriptyline of Sertraline, die de symptomen van het Asperger-syndroom helpen verminderen en psychotherapie vergemakkelijken.
In de meeste gevallen vertonen kinderen met het Asperger-syndroom vreemd gedrag, zoals het maken van geluiden tijdens het studeren of tijdens het eten op de tafel slaan, of zich misdragend gedragen, zoals het gooien van de kogelpapieren op de vloer tijdens het eten, maar dit gedrag is niet en het kind heeft geen idee dat hij onbeschoft is of iemand lastigvalt.
Meestal zijn kinderen met het Asperger-syndroom niet in staat om hun aandacht te richten op meer dan één activiteit op hetzelfde moment, en wat betreft gevoelens kan het kind, hoewel hij zich ervan bewust is dat hij gelukkig is, niet begrijpen dat de andere persoon kan verdrietig zijn. Ze 'ziet' de gevoelens van anderen niet en kan de indruk wekken dat ze niet om haar ouders, broers of zussen of vrienden geeft.